Schilderen met bloed om demonen uit te bannen
(Rotterdams Dagblad, 4 november 2003)
Van voodoo wil Juan Haag niets weten. Santeria daarentegen hij
wel een goede associatie voor zijn tentoonstelling 'Bloedmooi' die
nu bij Galerie Mirta Demare te zien is. Beide zijn Latijns-Amerikaanse
religieuze tradities waarin bloed een rol speelt. Alleen heeft voodoo
een sinistere bijklank van zwarte magie, terwijl voor santeria bloed
vooral een positieve bron van leven is.
De bijbel is ook een associatie die bij zijn werk past, evenals
de katholieke heiligentraditie, de natuur, Baudelaire, alcohol,
en visies op het kunstenaarschap: zolang de galeriebezoekers maar
het levenscheppende positieve in zijn werk herkennen. De Colombiaanse
kunstenaar, die soms zelf in de galerie zit, zegt dat met klem omdat
niet iedereen meteen het optimisme in zijn werk herkent. Haag schildert
namelijk met zijn eigen bloed.
Het begon jaren geleden met een ongeluk, sindsdien verwondt Haag
zichzelf. Bij Mirta Demare zijn tekeningen te zien die eenvoudige
bomen, vulkaanexplosies of planten voorstellen. Het bloed is vlekkerig
aangebracht op het papier, wat de herkenbaarheid niet ten goede
komt. Maar dat is nu net Haags bedoeling: hij houdt van dubbele
betekenissen. De bomen en explosies lijken op elkaar, waarmee hij
de groeiende en vernietigende krachten in de natuur vergelijkt.
Tegenover deze tekeningen hangt een complete klimop die van een
muur is gehaald. Deze planten groeien ten koste van draagmuren,
waardoor je - hoe mooi ook - een klimop beter van je gevel kunt
halen. Dit betreffende exemplaar oogt nu nog best groen, maar tegen
het einde van de tentoonstelling zullen al heel wat blaadjes verschrompeld
zijn.
De installatie biedt uitzicht op een kapotte muur, een grafsteen,
een slangenhuid, en een volledige behangrol vol met onvoorstelbaar
veel bloedtekeningen. Het enige kunstwerk waar geen natuurlijke
materialen aan te pas zijn gekomen, is een metalen kluwen die voor
Haag de verwardheid van zijn geest verbeeldt.
Haag praat graag en snel over zijn werk. De thematische verbanden
die hij tussen zijn kunstwerken legt, zijn onuitputtelijk. Leven,
dood, natuur, geloof, zonde, erotiek, demonen, het gaat door en
door en door. De gedachtebrij die in Haags hersenen non-stop op
volle toeren draait, is echter voor een buitenstaander niet aan
zijn tentoonstelling af te lezen. Natuurlijk, zijn materiaalkeuze
roept vragen op. Is dat bloed? Van hem zelf? Zou hij wel helemaal
?
Een gesprek met de kunstenaar werkt verhelderend, alleen is hij
zelf niet altijd in de galerie aanwezig. Wel stelt hij zijn persoon
centraal in de performances waarmee hij zijn tentoonstellingen opluistert.
Dan komt hij extravagant voor de dag, bedoeld als kritiek op heersende
stereotype denkbeelden over het wilde kunstenaarschap. Maar bovenal
gaan ze over Juan Haag zelf, net zo goed als zijn werk dat in feite
ook doet. Want hoeveel bijbels en bewondering voor de natuur Haag
er ook bij haalt, het lijkt of zijn kunst vooral dient om zijn demonen
uit te bannen. Die bedoelingen maskeert hij met veel symboliek waardoor
zijn keurige presentatie uiteindelijk niet zo goed communiceert
als hij dat zelf doet.

Bloedmooi / Juan Haag, t/m 16 november 2003 bij Galerie Mirta Demare,
Blekerstraat 10 Rotterdam. Do - zo 13 - 18 uur
|